Als ik ergens de kleurrijke tent van een klassiek circus zie staan, gaat mijn hart sneller kloppen en word ik ertoe aangetrokken als door een sterk magneet. Dit gebeurde deze week, toen ik de geel-rode, tweepuntige tent van Circus Renz International zag staan aan de Karpendonkse Plas in Eindhoven. Diezelfde middag nog heb ik een voorstelling bijgewoond met onder andere een schitterend optreden van vurige raspaarden die even later vergezeld werden door kamelen en uiteindelijk zelfs door twee Watussirunderen met hun enorme horens. Ik stond me te vergapen aan de jongleer- en acrobatiekacts, hield mijn adem in toen Miss Giorgina en Miss Kimerbly hun acts uitvoerden, zwevend in de tentkoepel, hoog boven onze hoofden en ik heb me kostelijk vermaakt met de klassieke, witte muziekclown en zijn maatjes, die hem steeds weer voor de gek hielden.
Maar ik was ook heel benieuwd naar het verhaal en het leven áchter deze sprookjesachtige coulisse. Hoe is het om steeds maar rond te trekken en elke week ergens anders je kortstondige bestaan te leiden? En hebben circuskinderen altijd vakantie? Waar leer je een circusact en hoe kom je bij een circus terecht?
Om deze en nog veel meer vragen te beantwoorden mocht ik een dagje meelopen met familie Renz. Het blijkt een échte familieonderneming, al sinds 1842. Vier generaties maken hier op dit moment onderdeel van uit en allemaal werken ze actief mee, met uitzondering van oma die ver in de 80 is maar blij is dat ze niet in het winterkwartier in Berlijn moet achterblijven. Leden van de twee jongste generaties bestieren het programma in de piste. Maar de 2 uur showtime beslaat uiteindelijk maar een klein deel van een lange werkdag, die voor iedereen om 6.00h ’s morgens begint en pas tussen 8 en 9 uur ’s avonds eindigt. De dagen waarop verhuist moet worden – en dat is best vaak – tellen zelfs meer dan 20 werkuren. Als om 11.30h een verslapen jonge man over het terrein strompelt, vangt Kimerbley mijn vragende blik op en licht toe dat elke dag één iemand mag uitslapen. Want, zo vervolgt ze haar verhaal, wij kennen geen vrije weekeinden en geen vakanties, bij ons gaat het elke dag gewoon door.
Elke dag begint met het verzorgen van de dieren. Het zijn er veel meer dan ik heb gezien gedurende de optredens: 16 paarden, 12 pony’s, 6 kamelen, 3 watussies en 2 steppenrunderen, naast een aantal honden. Allemaal moeten ze eten hebben – in elke stad is weer zoeken naar een leverancier hiervoor, de stallen moeten worden uitgemest en 2 uur voor de voorstelling beginnen de ‘schoonheidsbehandelingen’ – borstelen, olie in de manen, de staart invlechten – maar de dieren moeten ook warmlopen. En niet alleen de dieren, ook de artiesten moeten dagelijks oefenen, hun huidige acts maar ook nieuwe. Dan is er nog al het onderhoud van de wagenpark, de stallen, de tent, het op- en afbouwen. En niet in de laatste plaats ook een huishouden runnen.
Het is een intensief leven, binnen een hechte gemeenschap. ‘Maar het is onze vrije keuze’, licht zoon Antony toe, ‘wij mochten onze eigen keuzes maken van onze ouders, maar ik zou niet anders willen, ik houd van mijn dieren, van ons circus, dit is mijn leven’. Zijn mooie vrouw, wiens act mij eerder de adem liet inhouden en wiens prachtige zang de act van haar schoonzus ondersteunde, is pas een jaar thuis bij Renz. Maar zij blijkt eveneens uit een circusfamilie te komen. Ik vraag hen hoe het was om zo op te groeien. Beiden vertellen ze lachend hoe vaak ze zijn gewisseld van school. Antony heeft op meer dan 200 verschillende scholen gezeten. ‘Van de 5 dagen die ik op een school zat, was ik telkens 2 kwijt om kennis te maken: ik ben … en ja, ik kom van het circus’. Vader Renz geeft later aan dat het in zijn tijd ook niet zo belangrijk was om te studeren, als je maar kon rekenen en een beetje lezen en schrijven, want je wist dat jouw toekomst binnen het circus lag en daar waren hele andere vaardigheden van belang.
Ook hij vertelt hartstochtelijk over het leven binnen de circuswereld. Maar hij ziet ook wel bedreigingen. Met de komst van eerste de televisie en meer recentelijk door alle social media en gamecomputers, neemt het interesse voor het circus af bij kinderen. Vroeger stonden ze met trossen aan de hekken gekluisterd om te zien hoe die grote tent werd opgezet en kwamen ze naar de dieren kijken. Dat is voorbij. Ook zijn de kosten voor de standplaatsen steeds hoger en is het onbetaalbaar geworden om met simpele posters werving te maken in de stad waar men aankomt. In de hoogtij van de jaren 70 tot 90 had Renz International een tent met wel 2000 zitplaatsen en meer dan 90 dieren.
Vader Renz heeft zelf altijd een olifanten-act gehad. De laatste drie van zijn olifanten verblijven sinds het verbod in Nederland op exotische dieren bij een verwant circus in Duitsland. Hij mist ze – het is alsof men mijn kinderen van mij af heeft genomen – en gaat ze soms bezoeken. Ik zie met hoeveel liefde en genegenheid iedereen omgaat met de dieren; zij zijn inderdaad onlosmakelijk onderdeel van de familie. Het doet vader Renz dan ook pijn als hij soms leest dat dierenactivisten beweren dat dieren in het circus slecht worden behandeld.
Oma herinnert zich dat het vroeger niet enkel beter was. Zij refereert aan haar kindertijd in de tweede wereldoorlog, Circus Renz stond toen in Oost-Berlijn. Al haar tantes zagen wanhopig en in tranen toe hoe hun mannen en zonen werden weggehaald, naar werkkampen gestuurd of opgeroepen voor de dienstplicht. Rondtrekkende circusmensen werden vaak gelijkgesteld aan zigeuners. Om niet afgevoerd te worden naar concentratiekampen moesten zij ‘Nachweis erbringen’ van hun Arische afkomst. ‘En we konden zelfs een paar zigeuners redden, door ze bij ons op te nemen’. Na de oorlog is Circus Renz naar West-Europa getrokken, pas in de 60-er jaren keerden ze terug naar standplaats Berlijn omdat Berlijnse ingezetenen vrijgesteld werden van militaire dienst.
Nú heeft vader Renz maar één wens, dat het familiecircus kan blijven bestaan en dat ook zijn kleinkinderen, de oudste van 8 jaar stond al in de piste met zijn pony’s, ook het circusleven kunnen leiden zoals de familie dat al generaties lang doet.
Kimerbly’s uitspraak dekt de lading helemaal: een wereld zonder circus, is als een hemel zonder sterren!
Aan verwondering hangt geen leeftijd. Stap een van de komende dagen binnen in deze fascinerend wereld van het circus.
De familie Renz presenteert een circa 2 uur durende circusvoorstelling voor de gehele familie. Een prachtig traditioneel circusprogramma voor jong en oud, met clowns, (lucht)acrobatiek, jongleerwerk, dans, dressuur met paarden, kamelen en nog veel meer… circus zoals het circus hoort te zijn…
Tot 29 april staan ze nog in Eindhoven, Karpensdonske Plas, van 3 t/m 13 mei in Mierlo, Santheuvel West.